Morgendienst, leerdienst Dordtse Leerregels V, par. 12
Zingen: Psalm 86 : 6
Zingen: Psalm 78 : 5
Schriftlezing: 1 Johannes 3 : 1 – 17
Zingen: Psalm 138 : 3 en 4
Zingen: Psalm 119 : 3 en 24
Zingen: Psalm 25 : 4
‘De vruchten van de zekerheid van de zaligheid’. Drie kernwoorden:
1) wandel (12a Doch…maken)
2) wortel (12b dat zij…God)
3) prikkel (12c en dat…blijkt)
Vragen voor onze kinderen en jongeren:
1.Met welke vraag begint de preek en welk antwoord volgt er?
2.Waar kun je deze vraag (en het antwoord) ook vinden?
3.Wat betekent ‘hovaardig’ en ‘vleselijk-zorgeloos’?
4.Waarom gaan onze Dordtse vaderen nu spreken over een ‘wortel’?
5.Welke 7 kenmerken of vruchten van het nieuwe leven staan er in deze paragraaf?
6.Met welk woord kun je ze alle 7 samenvatten?
7.Kun je van elke vrucht nog iets navertellen of een voorbeeld noemen uit de Bijbel?
8.Waarom is het zo erg als die kenmerken van het genadeleven bij Gods kinderen niet te zien zijn?
9.Wat wil het woord ‘prikkel’ zeggen?
10.Leg uit: ‘verzekerde kinderen van God lijken op hun Meester, Die zachtmoedig en nederig van hart is’.
Middagdienst
Zingen: Psalm 122: 2
Zingen: Avondzang vers 5
Schriftlezing: Mattheüs 26: 57-68
Zingen: Psalm 22: 6 en 7
Zingen: Psalm 62: 4 en 5
Zingen: Psalm 77: 7